Culturele en/of religieuze achtergrond

In hoeverre de mens optimaal functioneert, is in belangrijke mate afhankelijk van de wijze waarop het gebruik van competenties wordt gereguleerd. Deze regulatie hangt per definitie nauw samen met de waarden en normen die de betreffende persoon (en diens sociale omgeving) hanteert. Behalve voor de regulatie van probleemgedrag, geldt hetzelfde mechanisme voor gedragingen als hulp zoeken en hulpverlenen. Aangezien deze waarden en normen samenhangen met culturele en/of religieuze achtergrond, is het van belang deze achtergrond in uw handelen te integreren, net als sociale factoren als sekse, leeftijd, klasse etc.

Hoe doe ik dat?
Hoewel er een veelvoud aan relevante factoren bestaat, is het in dit kader van belang de volgende vier aspecten centraal te stellen:
1. Geboden; bepaalde gedragingen zijn, ook op relationel gebied, min of meer verplicht. Zo hoort een volwassen man in een aantal culturen getrouwd te zijn, kinderen te hebben etc.
2. Verboden; bepaalde gedragingen zijn, al of niet strikt, verboden en op het overschrijden van deze verboden staan forse sancties.
3. Geoorloofde zaken; tussen gebod en verbod zitten al die zaken die geoorloofd zijn. Dit betekent dat ze weliswaar niet wettelijk gereguleerd zijn, maar desondanks kan sprake zijn van grote sociale druk.
4. Praktische zaken; verschillen in waarden en normen komen ook of wellicht zelfs juist tot uiting op praktisch niveau.